Het verschil
Het verschil is eenvoudig: organisch gebonden mineralen komen in de levende natuur voor. Denk bijvoorbeeld aan gluconaten, glycinaten, aminozuur-chelaten en citraten. Anorganisch gebonden mineralen komen voor in dood materiaal, zoals krijt of zout en zijn te herkennen als oxiden, chloriden en carbonaten. We denken vaak automatisch dat de natuurlijke vorm beter is en dus ook beter opneembaar. Dit hoeft echter niet zo te zijn. Van natuurlijk gebonden mineralen wordt gezegd dat ze beter opneembaar zijn, omdat ze in de maag makkelijker uiteenvallen. Maar als je een goed maag- en darmstelsel hebt, maakt het helemaal niet zo’n verschil. Heb je een minder goede vertering of darmflora, ben je al wat ouder, heb je een minder zure maag of slik je maagzuurremmers of andere medicijnen? Dan kan het voor jou wel uitmaken of je organisch of anorganisch gebonden mineralen inneemt, vanwege het makkelijker uiteenvallen in je maag van de organische variant en dus in veel gevallen een betere opneembaarheid.